Praktisch gezien lag er een tegenstrijdige vraag op tafel. Het landschap is het belangrijkste onderdeel voor de identiteit en leefkwaliteit van ROOTZ. Maar hoe realiseer je een hoge woningdichtheid in een bomenlandschap? Hoe zorg je dat je sowieso van een ‘bos’ kunt blijven spreken? En hoe geef je de interactie tussen woongebouwen, de commerciële ruimte en de landschappelijke omgeving vorm?
Voor Rijnboutt lag de uitdaging in het bereiken van symbiose. Dit leidde tot de keus voor acht vrijstaande, alzijdige woon- en werkblokken. Deze verschillen in omvang, hoogte, materiaal en kleur, waardoor ze elk een eigen architectonische identiteit hebben. Het groene, glooiende landschap van het binnenterrein loopt door tot aan en op de gebouwen. Door de gebouwen hier trapsgewijs te laten opklimmen, houden de straatzijdes de ‘buitenwereld’ onnadrukkelijk op afstand. Het binnenterrein is er voor de bewoners. In het hart van het gebied is plaats voor een horeca- en werkpaviljoen. Tegelijkertijd is de verbinding met de aangrenzende Europaweg, Kennedylaan en Amerikaweg er wel. Voorbijgangers krijgen tussen de gebouwen steeds een doorkijkje naar het groene binnenterrein.
Sociale inclusiviteit, biodiversiteit en een gezond, duurzaam woonklimaat staan bij ROOTZ voorop. Meer dan de helft van de koop- en huurwoningen valt in het betaalbare segment. Om de doorstroming in de huizenmarkt te bevorderen krijgen bewoners van sociale huurwoningen in Haarlem voorrang bij de toewijzing van aantrekkelijk geprijsde koopwoningen.
Voor mensen met een beperking, die met wat extra steun en begeleiding toch zelfstandig kunnen leven, zijn er speciale zorgwoningen. Het Gastenhuis biedt een thuis voor 42 bewoners met dementie. Deze woonvormen hebben dezelfde groene uitstraling als de andere woongebouwen. De opzet kenmerkt zich door drie kernbegrippen: kleinschalig, open en midden in de maatschappij. Bewoners houden de regie over hun persoonlijke levensstijl. Mogelijkheden tot ontmoeting met mede- en buurtbewoners staan centraal. Dit bevordert niet alleen de vitaliteit, maar stimuleert ook sociale integratie, wat helpt om eenzaamheid te voorkomen.
Bijna de helft van de wijk bestaat uit groen. De diversiteit aan boomsoorten en overige beplanting is groot. Dat groen wordt geïntegreerd in klimatologisch bestendig ontworpen gebouwen. Er komen collectieve daktuinen, de gevels zijn begroeid. Zo sluiten de woningen en het commerciële programma vloeiend aan op het landschap. Bomen zorgen niet alleen voor schaduw en verkoeling op hete dagen, ze dempen ook verkeersgeluiden, vangen fijnstof en CO2 op. Ze geven sfeer en bieden voedsel- en nestelgelegenheid aan onder meer vogels, insecten en vleermuizen.
ROOTZ wordt kortom een stadse groene oase, waarin het aangenaam en gezond wonen en werken is. Een omgeving gericht op ontspanning en die beweging stimuleert. Het gebied is goed bereikbaar met het openbaar vervoer en de infrastructuur richt zich vooral op fietsen en wandelen. Dat impliceert een autoluwe benadering. Het autoverkeer wordt beperkt tot de randen van de wijk. Parkeren is daar mogelijk in een modulair parkeergebouw. Daarnaast komen er ruime fietsenstallingen in de gebouwen.
Klimaatadaptatie is een integraal onderdeel van de ontwikkelopgave. Met ROOTZ worden stedelijke functies nauw verbonden met het te creëren groene landschap. Het project als geheel, maar ook de gebouwen afzonderlijk, dragen bij aan duurzame verstedelijking.
Rijnboutt was verantwoordelijk voor het opstellen en ontwerpen van het stedenbouwkundig plan, het landschapsontwerp en – in samenwerking met Amvest, Dura Vermeer, Boelens de Gruyter en Groosman/HOH/Wurck – voor de architectonische uitwerking van acht woongebouwen. Daarnaast vervulde Rijnboutt de rol van coördinerend architect. In 2024 is het ontwerp van de gebouwen en de (semi)openbare ruimte in drie maanden tijd gedetailleerd uitgewerkt. Lees hier hoe dat proces werd aangepakt.
Render Rootz: Filippo Bolognese Images
Axo concept: Rijnboutt