Een triptiek van transformatie in de Warmoesstraat

26 september 2022
Rijnboutt - Prins Hendrikkade 48 Amsterdam - Kees Hummel - 29082022 - 004 HR

Met de oplevering van de high-end kantoren aan de Prins Hendrikkade 48 in Amsterdam, is een triptiek van transformatie aan de Warmoesstraat, een van de oudste straten van Amsterdam, voltooid. Een mooi moment om eens terug te kijken naar dit drieluik waar Rijnboutt in 2015 mee is begonnen.

 

De toen up-and-coming langetermijnbelegger City Upgrade Group verwierf in 2015 in korte tijd drie gebouwen aan de Warmoesstraat: Beursstraat 33, Warmoesstraat 44-50 en Prins Hendrikkade 48. De eerste twee gebouwen waren samen nog volop in bedrijf als politiebureau Warmoesstraat, het derde gebouw was een verouderd complex dat diverse bedrijven huisvestte op een prominente hoek aan het Damrak. De drie gebouwen verschilden enorm van elkaar, zowel in cultuurhistorische waarde, bouwkundige staat en toekomstige bestemming, maar staan gezamenlijk symbool voor een vernieuwingsslag in de oudste buurt van Amsterdam.

De jonge, ambitieuze beleggers vroegen Rijnboutt mee te helpen met de ontwikkeling van het drieluik in de binnenstad. “Ze kwamen bij ons vanwege onze ervaring met complexe transformaties van monumenten in de binnenstad, onze goede verhouding met de gemeente en onze kennis van processen en vergunningen”, zegt architect en partner Maarten Castelijns.

Rijnboutt - Prins Hendrikkade 48 Amsterdam - Kees Hummel - 29082022 - 001 HR

De referentietijd

De drie gebouwen dateren allen uit een verschillend tijdperk in de geschiedenis van de stad. De panden aan de Warmoesstraat 44-50 gaan het verste terug in de geschiedenis, met authentieke gebouwdelen uit de 17e eeuw. Het gebouw aan de Prins Hendrikkade bleek een spectrum uit de geschiedenis vanaf eind 19e eeuw tot nu te bevatten. Het politiebureau aan de Beursstraat 33 was hierin nog het meest duidelijk, in 1971 is de bestaande bebouwing gesloopt en vervangen door een nieuw gebouw naar een ontwerp van architect Arthur Staal.

“Wanneer je een gebouw gaat transformeren, zeker op een historische locatie als deze, dient de erfgoedwaarde als vertrekpunt van het ontwerp. Je duikt de archieven in om geschiedenis te achterhalen en de verhalen te herleven. Om vervolgens een nieuw hoofdstuk aan het verhaal toe te voegen en een plek daarmee te verbinden aan de huidige tijd”, vertelt Castelijns.

Bij het definiëren van de erfgoedwaarde rijst altijd de vraag: “Wat is het vertrekpunt?” Dit vertrekpunt noemen we de ‘referentietijd’, de periode in de geschiedenis van het gebouw waar we in vrijwel alle ontwerpbeslissingen naar terug refereren. Meestal is deze referentietijd het moment dat het gebouw is gesticht, wat duidelijk het geval was bij het in 1971 gebouwde politiebureau aan de Beursstraat. Maar regelmatig valt de referentietijd samen met de periode die het meest karakteristiek is voor de uitdrukking het gebouw. Zo verwijzen we bij het gebouw aan de Prins Hendrikkade zowel in de renovatie en verduurzaming als bij het herstel van de kapverdieping sterk terug naar de Amsterdamse School-periode.

Het politiebureau aan de Warmoesstraat bestond uit vier panden met elk een eigen tijd van herkomst en geschiedenis, waardoor we per pand en zelfs per voor- en achterhuis verschillende referentietijden hebben gedefinieerd. Bij alle drie de projecten diende de gedefinieerde referentietijd als leidraad tijdens het ontwerpproces.

Rijnboutt - Prins Hendrikkade 48 Amsterdam - Kees Hummel - 01092022 - 002a HR
Rijnboutt - Prins Hendrikkade 48 Amsterdam - Kees Hummel - 30082022 - 010 HR

Structuur en proces

De transformatie, renovatie en verduurzaming van een gebouw met een gelaagdheid aan geschiedenis gelegen op een historische locatie is als een complexe legpuzzel met eindeloos veel stukjes. De ontwerpstructuur van een nieuw gebouw komt vaak tot stand vanuit de gebruiksfunctie of de bouwkundige compositie, terwijl de structuur bij erfgoedtransformatie ontstaat vanuit de historische gelaagdheid van een gebouw. Het omarmen en zichtbaar maken van deze gelaagde structuur geeft houvast en helderheid in het complexe ontwerpproces.

In deze triptiek is dat het meest zichtbaar geworden in de transformatie van het politiebureau aan de Warmoesstraat. Dit gebouw is als politiebureau ontstaan door het geleidelijk samenvoegen van vier historische stadspanden uit de 17e, 18e en 19e eeuw. Bij het samenvoegen van de panden en het continue veranderende gebruik is het gebouw tot een doolhof verworden. Het eerste wat we bij de transformatie gedaan hebben is helderheid scheppen, met de historische gelaagdheid als uitgangspunt. Dat begon met de oorspronkelijke pandstructuren weer dominant te maken in structuur, gebruik en beeld. Behalve de vier oorspronkelijke panden in ere te herstellen, is ook duidelijk onderscheid gemaakt tussen voor- en achterhuis door het rigoureus terugbrengen van de binnenhoven. Op basis van deze herstelde structuur is zowel de referentietijd als de cultuurhistorische waarde per gebouwdeel gedefinieerd, hetgeen het gehele ontwerpproces als kapstok heeft gediend bij alle ontwerpbesluiten. Van hoofdstructuur tot laatste detail.

“Bij elk project hebben we een erfgoedspecialist de gebouwen laten waarderen op culturele en bouwkundige erfgoedwaarde, per gebouwonderdeel. Zo wordt duidelijk een onderscheid gecreëerd tussen delen waar we niet aan mogen komen, delen die we met goede redenen mogen aanpassen en delen die inferieur zijn en gesloopt mogen worden. Daarna begint het leggen van de puzzel.”, legt Castelijns uit.

In het andere politiebureau, aan de Beursstraat 33, hebben we ook de historische gelaagdheid ingezet als fundament voor het ontwerpproces, maar op een andere manier. Dit gebouw was, door het gebruik en reeks van kleine aanpassingen sinds 1973, met name aan de buitenkant niet meer goed leesbaar. Het oogde ontoegankelijk, rommelig en afgeleefd. Onze eerste handeling was het vergelijken van de oorspronkelijke gevels met de bestaande situatie en definiëren welke delen van de bestaande gevel in stand gehouden en versterkt moeten worden. Vervolgens is alle ‘ballast’ verwijderd en een nieuwe, transparante laag toegevoegd. De kracht van het oorspronkelijk ontwerp is behouden gebleven en weer zichtbaar geworden. Deze is bovendien uitgebreid met een nieuwe laag, die het gebouw weer verbindt met de huidige tijd.

Warmoesstraat-Rijnboutt-Beursstaat 33-Kees Hummel-01
Warmoesstraat-Beursstraat-Rijnboutt-14

Een nieuw hoofdstuk toevoegen

Bij een transformatie voeg je een nieuw hoofdstuk toe aan een gebouw. Niet alleen de levensduur wordt verlengd, het verhaal dat een plek of gebouw draagt, krijgt een nieuwe wending. Bij de Prins Hendrikkade is bewust gekozen voor een duidelijk zichtbare toevoeging aan het verhaal. De enige, maar meteen erg prominente plek van waaruit je het gebouw goed kunt zien, is de zichtlijn vanaf de hoofdingang van het Centraal Station tot aan het begin van de Damrak. Om de veelheid aan bedrijvigheid en activiteit die zich in het gebouw afspeelt een gezicht te geven, is de oorspronkelijke kap in een nieuwe vorm teruggebracht. We hebben een nieuwe eigentijds dakopbouw ontworpen die refereert naar en geïnspireerd is op de Amsterdamse School. Deze nieuwe opbouw geeft het gebouw allure en karakter, het is een herkenbare plek in de stad geworden.

Waar het nieuwe hoofdstuk aan het verhaal van de Prins Hendrikkade zich letterlijk manifesteert, moet je soms wat beter kijken om de omvang van een transformatie te bevatten. Het voormalige en vermaarde politiebureau Warmoesstraat heeft een gedaanteverwisseling ondergaan die aan de buitenzijde nauwelijks is te herkennen. In het exterieur van dit gebouw – de gevels aan de Warmoesstraat, de vier gevels aan het natte Damrak en het daklandschap van de vier panden – is juist ingezet op het herstellen en zichtbaar maken van de monumentale erfgoedwaarde. Oorspronkelijke raamindelingen, details en afwerkingen zijn in ere hersteld, de monumentale gebouwonderdelen zijn met veel aandacht gerestaureerd.

Warmoesstraat-Rijnboutt-04

“Met veel respect hebben we de nog aanwezige waardevolle elementen zoals gevels, kapconstructies, houten dakbogen en vloerbalken behouden en geconserveerd, de luiken opengezet en doorgebroken bouwmuren geheeld. Ook de op een balk aangetroffen aantekeningen over de maatvoeringen van een timmerman uit de 18e eeuw hebben we behouden”, vertelt Castelijns. “Door de puien op de begane grond terug te brengen en transparant te maken ontstaat er meer licht en lucht. De woningen, winkels, horeca en de woonkamer voor de bewoners, verlevendigen het straatbeeld.”

Waar de buitenkant weinig onthult, is binnen de herstelde authentieke structuur van vier panden met een duidelijke voorhuis – binnenhof – achterhuis geleding, een nieuwe wereld tot leven gekomen. Binnen een vernieuwend woonconcept huisvest het gebouw een grote diversiteit aan woningtypen en collectieve voorzieningen voor een grootstedelijk, jong publiek. De monumentaliteit en geschiedenis van het gebouw vormt het decor van het eigentijdse leven in de Warmoesstraat.

Tekst: Viveka van de Vliet
Beeld: Kees Hummel